Querido, maart 2022
Het tegendeel van zorgen is een bundeling van twee eerder verschenen boeken: Negen open armen (2004) en De hemel van Heivisj (2010)
Negen Open Armen
Zuid-Limburg, augustus 1937. Het gezin Boon, bestaande uit oma Mei, de Pap, vier grote broers en drie kleine zusjes, verhuist naar een groot huis buiten de oude stad waar niemand anders wil wonen. Op het huis van Negen Open Armen lijkt een vloek te rusten. De zusjes Fing (11), Muulke (10) en Jes (9) ontdekken dat het huis een vreemd verleden heeft, dat er geheimen zijn en oude verhalen die met hun huis te maken hebben. Met heel kleine beetjes ontdekken ze wie vroeger in hun huis gewoond heeft, hoe het komt dat de voordeur aan de achterkant zit, van wie het vreemde bed met houtsnijwerk is dat ze in de kelder vinden en waarom de grafsteen op het kerkhof tegenover hun huis geen inscriptie heeft.
Het verhaal wordt grotendeels verteld door het oudste zusje Fing (Fien). Het boek bestaat uit drie delen; het eerste en derde deel sluiten op elkaar aan, het tweede deel is een oud verhaal dat door oma Mei verteld wordt. De taal is wellicht wat moeilijk te lezen, vaak gebruiken de zusjes in hun spreektaal dialect. Achterin het boek is een verklarende woorden- en namenlijst opgenomen. Door de taal krijgt het boek wel een heel eigen sfeer; het heeft iets warms en geheimzinnigs.
Het geheim van dit boek wordt heel langzaam ontrold. Al vroeg voelt de lezer dat er iets mis is met het huis en dat het iets te maken heeft met iemand die er vroeger woonde. Er komen kleine oplossingen, maar die roepen ook weer nieuwe vragen op en die nieuwe vragen worden één voor één beantwoord. Vaak gebeurt dat heel suggestief en staat er niet eens letterlijk wat er nou aan de hand is. Een boek om vooral tussen de regels door te lezen.
De hemel van Heivisj
Zuid-Limburg, 1938. Duitsland ligt dichtbij, maar de oorlog is iets wat heel ver weg lijkt. Fing krijgt de kans te gaan leren voor onderwijzeres, maar haar oma haalt haar van school om te werken bij de Pruusin, de Duitse vrouw van de Sigarenkeizer. Werk kun je het zelfs amper noemen: ze wordt betaald om vriendin te zijn met Liesl, het vreemde nichtje van de Pruusin. Fing heeft een hekel aan haar, en is dan ook niet rouwig als ze na een tijd ontslagen wordt.
Dan breekt de oorlog uit. Natuurlijk moet Fing niets hebben van die Duitse overheersers, maar tegelijk heeft ze respect voor meester Govaerts, die leider is van de plaatselijke NSB. Via meester Govaerts ontvangt ze nog wel eens post van haar vader en broers, die in Duitsland te werk zijn gesteld. Bovendien is ze het meisje van Filip, die bij de Jeugdstorm is aangesloten. Pas als de NSB een oude Joodse koopman in elkaar slaat, wil ze niks meer met hem te maken hebben. Ook dringt tot haar door dat de Pruusin een gevluchte Jodin is. Op een dag blijkt dat Liesl in hun kelder zit ondergedoken. Ze moet weg, want er komt Duitse inkwartiering. Tijdens de vlucht krijgt Fing eindelijk begrip voor het kleine meisje dat tijdens de Kristallnacht haar ouders, grootouders en zusje verloor.
Van boeken die rond de Tweede Wereldoorlog spelen, zijn er natuurlijk al heel veel. Wat De hemel van Heivisj zo mooi maakt, is de sluipende wijze waarop Fing bekneld raakt tussen pro- en anti-Duits. Natuurlijk is ze niet blind voor alle ellende die de bezetting met zich meebrengt; ze ervaart het van heel dichtbij als haar vader en broers worden opgepakt. Tegelijk is het moeilijk om weerstand te bieden tegen mensen als meester Govaert die ze bewondert, Filip met wie ze vrijt en mejuffrouw Vroon die zo aardig voor haar is. Haar zus Muulke is veel rechtlijniger: die is tégen Duitsland en alles wat pro-Duits is en bezorgt voor de spanning zelfs illegale verzetskrantjes. Muulke is een heerlijk en ondernemend personage dat het boek voldoende lucht geeft, maar Fing is met al haar besluiteloosheid de overtuigende hoofdpersoon, die nog lang na het lezen in je hoofd achterblijft.
Wat heerlijk dat Negen open armen en De hemel van Heivisj nu samen in een band zijn uitgegeven! Het tegendeel van zorgen laat je opnieuw genieten van de mooie taal, de warmte van het gezin Boon, de praktische oma Mei met al haar geheimen, de vele lagen in de beide verhalen, de sfeer van Limburg en zo kun je nog wel even doorgaan.
Dit zijn boeken om eens in de zoveel jaar opnieuw te lezen, al is het maar om Fien en haar zusjes weer te ontmoeten. Prachtige klassiekers voor veellezers van vijftien jaar en ouder.