vertaling: Lydia Meeder
Lemniscaat, februari 2018
Rider is gewend om van hot naar her gestuurd te worden. Toen haar moeder nog leefde, pendelde ze heen en weer tussen haar moeder en haar oma, soms woonde ze even in een tehuis en nu ook haar oma is overleden, gaat ze naar een oudoom in Chicago. Vanuit Californië is dat een treinreis van verschillende dagen. Omdat ze pas twaalf is, reist ze onder begeleiding van Dorothea, een medewerkster van de spoorwegmaatschappij.
Al in Los Angelos is Riders geld op en heeft ze niets meer te eten voor onderweg. Ze vertikt het om dit aan Dorothea te melden, want ze kan best voor zichzelf zorgen. Dat heeft ze tenslotte altijd al gedaan. Dus sprokkelt ze op de meest creatieve manieren geld en eten bij elkaar. En leert ze verschillende mensen kennen die ze in de trein ontmoet. Knappe Neal, van wie ze droomt dat hij haar vader zou zijn. Carlos, een oudere man die puzzelt en gedichten schrijft. Bonzo, een padvinder die gepest wordt door de anderen, maar die haar een dichtbundel leent. En Dorothea natuurlijk. Als ze in Chicago aankomt heeft Rider – het meisje dat in Californië tegen de schoolpsycholoog zei dat ze geen vrienden had – eindelijk mensen gevonden die om haar geven.
Al snel heeft de lezer in de gaten dat Rider niet zomaar voor de lol in de trein zit. Ze doet stoer, ze reist alleen, ze vindt de begeleiding van Dorothea overbodig, maar intussen voel je tussen de regels door het geweldige verdriet en de eenzaamheid van dit mokkerige meisje. Mokkerig. Zo omschrijft ze zichzelf. Wat er precies aan de hand is, kom je bij kleine beetjes achter. Rider schrijft niet meer in haar dagboek sinds ze op haar tiende noteerde ‘Het gaat zo goed met mama’. Want Rider is zo boos op zichzelf. En dat verbergt ze weer achter haar grasgroene haren en haar pantser.
Ik huil nooit. Dat zegt Rider verschillende keren tegen zichzelf. Ik huil om alles waar een eind aan komt. Maar ik huil nooit. Voor je met Rider in Chicago arriveert, en het verhaal dus ten einde is, heb je gegarandeerd tranen met tuiten gehuild. Wat een prachtig boek is Bestemming onbekend! Dit on-the-road-verhaal lees je opnieuw en opnieuw; een personage als Rider dat haar verdriet niet kan uiten, blijft je heel lang bij. Bestemming onbekend is een aanwinst op de boekenplank, een schitterend boek voor fijnproevers van 14 jaar en ouder.