illustraties: Yvonne Lacet
Ploegsma, maart 2023
Acht woont in de stad Surdus; een stad met hoge witte woontorens, waar elke dag hetzelfde is. Ze stapt elke dag haar wooncel uit, gaat met duizenden gelijk geklede anderen naar het station, reist zwijgend naar de Terminal waar ze de hele dag op een beeldscherm vragen beantwoordt waarop maar twee mogelijke antwoorden zijn. Elke dag wordt haar via speakers ingeprent dat ze niemand is, dat ze dienstbaar moet zijn, gehoorzaam en ondergeschikt.
Maar Acht twijfelt. En dan heeft ze in de trein naar huis heel even oogcontact. Het andere meisje laat haar dagdromen over een ander leven. Over ontsnappen. Over een keer de zee zien. Acht probeert haar te zoeken. Ze krijgt een waarschuwing via de speakers en er zal geen tweede volgen. Acht weet wat dat betekent: dan wordt ze ‘beëindigd’. Maar het lukt haar niet om gehoorzaam en onopvallend te zijn. Acht beseft dat ze iemand is en dat ze verlangt naar de ander. En dan komt ze in opstand.
Duizend & ik begint als een dystopische roman; een enge cleane maatschappij waarin iedereen in de gaten wordt gehouden door ‘zieners’. Dit zijn een soort drones die boven Surdus zweven en in staat zijn om ‘dwalers’ te beëindigen (lees: met stralen te executeren). De anderen zijn verplicht naar zo’n beëindiging te kijken, als afschrikwekkend voorbeeld. Het doet ook denken aan een regime als in China of Noord-Korea: iedereen ziet er hetzelfde uit, is hetzelfde gekleed en het is niet de bedoeling dat je eigen ideeën of een eigen persoonlijkheid hebt. Dat is zo te zien zelfs levensgevaarlijk.
Langzaamaan bekruipt de lezer het gevoel dat er iets niet klopt. Belandt Acht in een bizarre droom? Speelt dit boek zich wel op aarde af? De werkelijke ontknoping komt pas helemaal aan het einde en is totaal onverwacht. Ineens is er antwoord op de vragen die tijdens het lezen opkwamen. Als je het boek vervolgens opnieuw leest, valt alles op zijn plaats.
Het is onmogelijk te zeggen waar Duizend & ik werkelijk over gaat zonder de clou te verraden. Het boek is beklemmend, beangstigend, kil en tegelijk prachtig qua stijl. Het is een totaal ander boek dan Films die nergens draaien (2021, Gouden Griffel 2022), al is het soms ook even surrealistisch. Een pittig boek om nog eens goed over na te denken, geschikt voor lezers van dertien jaar en ouder.