Van Goor, juni 2022
Klas H1A gaat op schoolreis naar Canterbury in Engeland! Brugklasser Dex verheugt zich ontzettend op dit tripje: veel beter dan in een muf lokaal op school zitten. Jammer alleen dat ze in Canterbury ook een schoolopdracht moeten doen voor een cijfer: iemand op straat interviewen – in het Engels!
Een paar andere puntjes zijn ook jammer: het Engelse eten schijnt nogal vies te zijn, bijvoorbeeld. En mevrouw Kadmilos, hun juf biologie, is mee als extra begeleidster en zij is de allerergste juf die er is. Maar er zit nog iemand in de bus, vergeleken met wie mevrouw Kadmilos een relaxte chick is. Buschauffeur Cor is een bullebak met wie Dex het onmiddellijk aan de stok heeft. Want Dex denkt niet, maar hij doet. En dat is niet altijd handig.
Ha, daar is Dex weer! Na twee eerdere boeken over deze – laten we zeggen ‘dynamische’- brugklasser, is het fijn dat nu het derde boek is verschenen. In deel twee werd de schoolreis al aangekondigd, maar Over straatfiguren en wegpiraten is ook prima te volgen zonder dat je al eerder kennis had gemaakt met Dex en zijn vrienden.
Dex is niet de braafste leerling van de klas. Hij is een ADHD-achtige stuiterbal die net als veel andere dertienjarigen niet veel nadenkt over de mensen om zich heen of over de gevolgen van zijn daden. Hij wil gewoon zichzelf en zijn vrienden een beetje amuseren.
Dat loopt wel eens uit de hand. En dat gebeurt in Over straatfiguren en wegpiraten geregeld. Toch ben je dol op Dex, want dankzij zijn levendige verslag van alles wat hij tijdens de schoolreis meemaakt, zit je heel dicht onder zijn huid en begrijp je hem heel goed. Hij is geen rotjoch, hij is gewoon een heel herkenbare puber met een grote mond en een o-zo klein hartje. En gelukkig ziet zijn klassenleraar dat ook.
In dit boek leert Dex zijn vooroordelen te herzien, ook al zijn het vooroordelen tegen Engels spreken, Engelse maaltijden, niet-populaire leraren en een chagrijnige buschauffeur.
Mijke Pelgrim werkt zelf in het onderwijs en dat proef je in het hele boek. De boeken over Dex zijn heerlijke kost voor (toekomstige) brugklassers. Niet al te dik (dit boek is 102 bladzijden), korte hoofdstukken, de vaart zit er flink in en opnieuw: het is zo herkenbaar! Over straatfiguren en wegpiraten is een toegankelijk boek voor twaalf jaar en ouder.